De inkt van de beschikking tot beëdiging was nog niet opgedroogd of ik stond voor de eerste maal de belangen van een cliënt te verdedigen in de rechtbank. Mijn eerste echte stappen in de advocatenwereld. Maar deze eerste stappen waren niet in de advocatenwereld zoals velen deze voor zich zien na het kijken van pak ‘m beet de serie Suits. Dus niet de advocatenwereld zoals velen die voorstellen met enkel list en bedrog, dure auto’s, merkpakken, een megagrote rechtbank met vele werknemers in een grote stad, miljoenenclaims, media-aandacht en intriges. Maar in het pak van mijn broer dat net te groot was, te voet in de regen van kantoor door het centrum van het dorp Boxmeer naar het kantongerecht. Daar waren enkel de rechter, de griffier en één rechtbankmedewerker aanwezig. In een klein zaaltje waar verder alleen mijn patroon aanwezig was stond ik te bepleiten dat de telefoonrekening van € 400,00 van mijn cliënte veel te hoog was door een sms-dienst waarbij de bepalingen uit de richtlijn niet goed gevolgd waren en de provider dit bedrag dus niet kon vorderen. Voor de buitenwacht nét iets minder spannend dan het ‘suits-scenario’ maar voor mij een spannende en, gezien het een paar weken later volgende vonnis van de kantonrechter, succesvolle eerste zitting als advocaat.
Deze eerste zitting werd in snel tempo gevolgd door meerdere zaken waarin ik adviseerde, correspondeerde en waar nodig procedeerde en zo vond ik langzaamaan mijn weg als advocaat. Bij al deze taken van een advocaat moet je je weg vinden. Moet ik in dit kantongerecht nu juist links of rechts in de zaal plaatsnemen als eisende partij? Moet ik de rechter nu in de in rede vallen om aan te geven dat de aanname niet klopt of moet ik hiermee wachten? Dit waren een aantal vragen die door mijn hoofd spookten tijdens de eerste zittingen.
In één van mijn eerste besprekingen met een cliënte leek alles goed te gaan en dacht ik helder, volledig, maar zeker ook overtuigend te zijn in mijn verhaal naar cliënte. Dit gevoel werd volledig doorkruist door de volgende woorden: ‘Mag ik iets vragen?’ Natuurlijk, zei ik. ‘Hoe oud ben jij eigenlijk?’ Daar waar een dergelijke vraag van een jongedame aan mij in een willekeurige kroeg onder het genot van een drankje zomaar het startschot kan zijn van een leuk gesprek en een leuke avond, kon ik op dat moment wel door de grond zakken. Is mijn verhaal onduidelijk? Kom ik onzeker over?
‘Al doende leer je het best’ gold dus ook voor mij en langzaamaan vond ik mijn weg in de advocatuur steeds beter. Het eerste jaar kenmerkte zich daarbij vooral door kennis maken met de vele verschillende rechtsgebieden. Zo stond ik een vrouw bij die door haar ex-partner voor de rechter werd gedaagd in verband met een omgangsregeling met een papegaai en moest ik in het kader van de afwikkeling van een faillissement een inventarisatie van de inboedel en voorraden maken in een dure villa waar de rode lichten achter de ramen net waren gedoofd. Of het met deze ervaringen te maken had weet ik niet, maar al snel ging mijn aandacht vooral naar andere rechtsgebieden, zoals het arbeidsrecht, huurrecht, ondernemingsrecht en strafrecht.
In de jaren die volgden adviseerde, correspondeerde en procedeerde ik voornamelijk in zaken op deze gebieden. Van kleine loonvorderingen tot reorganisaties, van huurprijswijzigingen tot ontruimingen en van winkeldiefstallen tot betrokkenheid bij moordzaken.
Na enige tijd verantwoordelijk te zijn geweest voor één van de vestigingen van het kantoor waar ik werkte begon het ondernemerschap steeds meer te kriebelen en nam ik de beslissing om een eigen kantoor te beginnen. Dit samen met Joost, die jongen die nooit uitging, niet sportte, in een klassiek koor zong en lid was van een schapenfokvereniging. Daar waar ik op dag één van mijn werkzame leven mijn twijfels had over of ik met hem samen werken langer dan een maand zou volhouden, bleek dat wij zakelijk goed op één lijn lagen en besloten wij in 2015 om samen een kantoor te beginnen.
Dit is vandaag precies twee jaar geleden. Twee jaar die voorbij gevlogen zijn en waarin wij al menig persoon en bedrijf met raad en daad hebben kunnen bijstaan. Hierbij streven wij ernaar de cliënt in een vroeg stadium aan tafel te hebben voor een eerste gesprek. Niet om onze zakken te vullen, maar juist om problemen en daarmee samenhangende kosten voor cliënt zoveel mogelijk te voorkomen. Om de spreekwoordelijk drempel die velen ervaren om naar een advocaat te stappen weg te halen, is dit eerste gesprek vrijblijvend en kosteloos.
Indien de werkzaamheden meer omvattend zijn wordt met het oog op de specifieke belangen van cliënt op basis van kansen, risico’s, kosten, tijdsduur en het willen creëren van zekerheid de juiste tactiek bepaald. In het ene geval wordt ingezet op een snelle beslechting van een (mogelijk) geschil en in het andere op het verkrijgen van een rechterlijk oordeel. Afhankelijk van de belangen van cliënt en de verhoudingen tussen partijen acteren wij waar nodig met het mes tussen de tanden of juist op een vriendschappelijk wijze.
100 maanden en inmiddels ruim twee weken na mijn beëdiging geniet ik nog steeds van de vele facetten van mijn werk. In een eerste gesprek het probleem van cliënt in kaart brengen door te zoeken naar de echte vraag achter de gestelde vraag, de juiste tactiek bepalen, het verhaal goed op papier zetten, argumenten van een ander onderuit halen, feiten in te kleuren in het voordeel van jouw cliënt, je standpunten kracht bijzetten met een vurig pleidooi op de rechtbank, aanknopingspunten zoeken in vergelijkbare zaken of juist innovatief zijn door een bepaalde uitleg ook in jouw zaak van toepassing te krijgen, discussies met collega’s, onderhandelingen enz. De diversiteit van zowel zaken als cliënten die hoort bij een klein kantoor in een kleinere plaats en het bezig zijn met je eigen kantoor maakt het voor mij helemaal compleet!
Nog iedere keer heb ik gezonde spanning bij het binnen stappen van de rechtszaal, maar ook bij het op de deurmat vallen van een rechterlijke uitspraak. Hebben we gewonnen of verloren? Is de rechter meegegaan in ons verhaal? Soms gevolgd door de teleurstelling dat je niet in het gelijk wordt gesteld maar veelal met een positieve uitkomst, met een extra vreugdemomentje als de rechtbank bij haar overwegingen letterlijk jouw standpunten heeft overgenomen.
Maar zoals gezegd, niet altijd kom je als winnaar van de procedure uit de bus. Dit en de daarop volgende ‘slecht nieuwsgesprekken’ horen er ook bij. Des te mooier als je van de cliënten dan toch een welgemeend bedankje krijgt voor je inzet.
Na ruim 100 maanden vind ik nog iedere dag dat ik het mooiste beroep van de wereld heb. Ik hoop dan ook dat wij, Joost en Bram, nog honderden maanden personen en bedrijven met raad en daad mogen bijstaan en dat op onze eigen, eigenwijze, eigentijdse wijze!